Een haag planten

Tips voor de keuze van haagplanten en het planten

Met enkele basisregels, die wat tijd en moeite kosten, kan achteraf veel werk worden voorkomen. Immers, een niet aangeslagen plant later vervangen kost veel meer werk, dan een nieuwe plant meteen goed plaatsen. Het is logisch dat voor een eensoortige, strakke haag alle jonge planten bij dezelfde kweker worden gehaald. Voor een wilde(re) haag hoeft dat niet. De volgroeiing mag dan variabel zijn.

Heeft u eenmaal uw keus voor de juiste plante uit het haagpakket gemaakt, dan kunt u de juiste aantallen in de gewenste hoogte bestellen. Voor vele soorten kunt u kiezen uit jonge struiken met blote wortel, met kluit of in een pot.

Het planten vraagt om een goede voorbereiding en gaat stapgewijs als volgt:

1. Graaf een zodanige diepe en brede sleuf dat de wortelkluit er in past (richtlijn is anderhalf maal de breedte en de hoogte van de wortelkluit).
2. Spit de bodem van de sleuf, zodat de wortels losse grond vinden om vlot verder te groeien (‘aanslaan').
3. Meng de tuingrond in de sleuf eventueel met compost, dat bevat voedsel en veel humus, dat vocht vasthoudt.
4. Leg de planten eerst uit (zo kort mogelijk laten liggen, anders drogen de wortels uit) en zet ze zo snel mogelijk in de sleuf. Kijk daarbij goed naar hun vorm. Er is altijd een ‘voor kant' en een ‘achterkant'. Bedek de wortelkluit met grond minimaal een handbreedte op de kluit) en trap voorzichtig aan.
5. Onder droge omstandigheden is het raadzaam de sleuf half te vullen en vol te laten lopen met water. Rustig laten wegzakken en daarna de grond verder aanvullen.
6. Een rechte haag moet ook kaarsrecht worden geplant. Span eventueel een touw als hulpmiddel.
7. Snoeien blijft beperkt tot de zijkant van pas geplante hagen. Alleen ligusterhagen kunnen direct worden gesnoeid, dit om een zo dicht mogelijke vertakking te krijgen. Bij Taxus en Beuk (Fagus) laat u de toppen doorgroeien tot de gewenste hoogte is bereikt.

Heesters met blote wortel, kluit of pot

Allereerst moeten de planten gereed worden gemaakt. Dat is niet gelijk voor elke jonge struikplant. Planten uit een pot, dompelt men eerst onder in een kuip water totdat het wortelgestel doorweekt is. Planten met een kluit moet men voorzichtiger in water dompelen, zodat de kluit nat wordt maar heel blijft. Behandel kluitplanten altijd delicaat, zodat de kluit intact blijft en laat het net rond de kluit zitten. Planten met blote wortel moet men vooraf in een emmer langduriger in water plaatsen en van daaruit in rulle aarde planten. Lees meer over de voor- en nadelen van de aankoop van blote wortel, kluit- of potplanten.

Wanneer een struik planten?

Planten die in pot zijn geteeld, kunnen het het hele jaar worden geplant, maar liefst van september tot juni. Planten met een blote wortel of kluit kunt u alleen planten als ze in winterrust zijn: vanaf oktober tot begin april, afhankelijk van het soort en de weersomstandigheden. Plant nooit als het overdag vriest of als de grond bevroren is. Maar ook niet als de bodem is doorweekt, of juist kurkdroog. In warme, droge periodes kunt u dagelijks beter één grote portie water geven wanneer de zon er niet meer pal op staat. Dat is beter dan vaker per dag een beetje. Als u vroeg in het najaar aanplant, kunnen de struiken goed wortelen voordat de winter begint. Dan zijn ze klaar voor doorgroei na de koudeperiode. 

Hagen plaatsen

Een klein haagje van een paar meter kan men gerust op het oog plaatsen. Maar als men van plan is tientallen meters of meer te plaatsen is zorgvuldig plannen, tekenen en meten van belang. Betrek ook uw hele woonomgeving en de baan van de zon in verband schaduwvorming daarbij. Een haag kan later een indrukwekkend onderdeel van uw leefomgeving worden. Hoogte, transparantie, glanskracht, bladformaat, kleur zijn ondermeer plantkenmerken waarmee men rekening moet houden. Ga niet altijd voor het financiële voordeel. Vergeet niet om voldoende ruimte te laten om de haag achteraf te kunnen knippen en de haag op verplichte afstand (minimaal 50 cm) van uw buurman te houden. Daarnaast is er de overweging om in zig-zag te planten wanneer u een klein formaat jonge struiken aanschaft. Lees meer over de keuze van het aantal planten voor uw haag.

Welke grondsoort voor uw heg?

Eerst moet u bepalen in wat voor soort aarde u gaat planten: zurige grond, kalkachtig, klei, zanderig, doorlatend, of mengsels. Als u twijfelt, vraagt u het eens aan een boer in de omgeving of neem een emmertje aarde van 40 cm diepte mee naar een kweker. Er zijn soorten hagen die slecht, of juist perfect gedijen op bepaalde grondsoorten. Kies ook bewust de beste combinaties, want een haag staat er voor jaren, soms generaties lang. Risico nemen is weggegooid geld, want een slechtgroeiende haag, is nauwelijks op te lappen. Let dus op de beschrijvingen bij elk soort heester of conifeer en volg de adviezen bij het planten.

Voorbereiding planten

Verwijder eerst zorgvuldig alle onkruiden met wortel en al met de hand en klein tuingereedschap over de strook. Of spuit twee weken vooraf het onkruid dood met een kortwerkend herbicide. Daarmee sterven de onkruiden met de wortel volledig af. Voorzichtig verwijdert u de restanten van de onkruiden zodat het zaad dat op er op zit niet terug op de grond valt. Ontdoe de uitgegraven grond van resterende wortels en meng deze met 40 liter goede compost of bodemverbeteraar per meter en meng er ook een handvol organische siertuinmest door. De bodemverbeteraar houdt het vocht, en dus de voedingstoffen beter vast zodat de planten beter aanslaan en sneller groeien.De meststoffen helpen om de wortels sneller te laten groeien.

Tuingereedschap

Hoe indrukwekkend een haag soms mag zijn, om zelf een haag te planten heeft men geen speciaal hoveniersgereedschap nodig. Er worden allerlei speciale gereedschappen uitgevonden en aangeboden, maar dat is veelal commercie. Met uw handen en voeten, een meetlint, een scherpe schop, een flink stuk touw, water, tuinaarde, bodemverbeteraar en geduld plaatst men zelf een haag. Voor het onderhouden, is het anders. Alle hagen ontwikkelen zich anders als ze ouder worden. En daar is het onderhoudsgereedschap, van snoeischaar tot trap, belangrijk bij. Wilt u meer hulp bij het planten, klik dan hier. 

Diepte en plantafstand

Span een koord aan de grond waar de haag moet komen. Graaf erlangs een gleuf, die 2 keer de breedte, en 2 keer de hoogte meet van de kluit, lengte blote wortels of de pot. Spit de bodem van de gegraven plantsleuf om. De wortels kunen dan doorgroeien in zachte aarde. Maar ook het water blijft niet op de harde bodem staan. Dat voorkomt jonge wortelrot. Leg een dikke laag van de uitgegraven grond gemengd met compost en verbeteraar in de sleuf. zodat de plant straks op dezelfde hoogte uitkomt zoals in de kwekerij. Laat bij droogte eerst de plantsleuf vol lopen met water en het water in de grond dringen. Lees meer over keuze aantal planten per strekkende meter of zig-zag beplanting.

En dan uw heester planten

Zet plant voor plant in het plantgat. Doe dat een beetje dieper dan in de pot. Op planten uit pot en met kluit moet men alleen een laagje grondmengsel op de kluit scheppen. Planten met kale wortel houdt u met de hand in de juiste positie en schept dan de gemengde aarde ertussen. Daarna moet u de aarde met uw handen aandrukken. Dan onstaat een rommelig oppervlak, die met de rest van gemengde grond en zoveel mogelijk uitgegraven grond wordt geëgaliseerd. Druk aansluitend de aarde aan met de voet zodat de planten stevig vast zitten. Vervolgens, voorzichtig de bodem rondom de aangeplante planten aanharken. Geef opnieuw overvloedig water. En blijf dat het eerste seizoen veelvuldig herhalen. Het is van levensbelang! Vergeet niet, indien gemeld bij de plantinstructies, een steundraad aan te brengen.